Categorie: CDA

  • In maart 2023 gaan we weer naar de stembus, voor het derde jaar op rij. Niet alleen voor de Provinciale Staten, en daardoor indirect ook voor de Eerste Kamer, maar ook voor de algemeen besturen van de 21 waterschappen die ons land rijk is.

    Hoewel de oudste (functionele) bestuurslaag van Nederland – het waterschapsbestuur of (hoog)heemraadschap – nogal op de achtergrond acteert, is de waterschapssector al decennialang in beweging. Niet alleen door opschaling, maar ook door discussies over bestuurlijke vormgeving en inrichting.

    Sinds 2015 worden de verkiezingen voor de waterschappen tegelijkertijd met die van de Provinciale Staten georganiseerd. Het effect was dat de opkomst gelijke tred hield (bijna) met de opkomst van de Provinciale Statenverkiezingen. In tegenstelling tot daarvoor. De belangstelling en opkomst voor de waterschapsverkiezingen was treurniswekkend. Sinds 2008 kunnen ook politieke partijen meedoen met de waterschapsverkiezingen. Daarvoor stonden er losse namen op de stembiljetten. Die ‘politisering’ heeft wel degelijk gezorgd voor meer debat in de waterschapsbesturen.

    Ik wil hier geen discussie opwerpen over de noodzaak van een aparte bestuurslaag voor de watertaken. De belangenafweging voor schoon, veilig en voldoende water verdiend mijns inziens namelijk wel degelijk een apart, functioneel, politiek bestuur. Eerdere (internationale) rapporten, bijvoorbeeld het OESO-rapport, onderschrijven de belangrijke rol van de waterschappen in het waterbeheer en markeren het als een voorbeeld van goed ‘watergovernance.’

    Deze bijdrage schrijf op een bankje aan het water in mijn geboorteplaats Oudeschild op Texel. Het zegt veel over mijn passie voor water en waterbeheer. Water zit voor altijd in mijn aderen. Niet voor niets werkte ik jarenlang voor een waterschap. Daar heb ik genoten van een trotse sector die geweldig werk doet voor de toekomst van Nederland.

    Tijdens mijn vorige baan voor de CDA Bestuurdersvereniging heb ik veel waterschapsbestuurders mogen ontmoeten. Elke keer viel me de passie voor het thema waterbeheer op. Vaak zijn waterschapsbestuurders hardwerkende, inhoudelijk gedreven, mensen. Daar heb ik veel waardering voor.

    Toch wil ik de vraag opwerpen wat de meerwaarde is van CDA-deelname in de 20 waterschapsbesturen? Een aantal noties:

    1. Het valt op dat de meeste aandacht uitgaat naar het debat over governance-thema’s als het belastingstelsel van de waterschappen en over de samenstelling van het algemeen bestuur cq. de geborgde zetels. In tegenstelling het vraagstuk van waterbeheer zelf. De vraag is natuurlijk hoe dat komt. Genoemde thema’s zijn belangrijk, daar niet van. Maar thema’s zoals droogte, bodemdaling, energietransitie vragen op z’n minst om een groter debat in de waterschapsbesturen en een antwoord vanuit het CDA (Ik doe hier een aantal CDA-waterschapsfracties te kort. Het gaat om het totaalplaatje). Komt het door een gebrek aan een gedeeld antwoord op deze thema’s? Hoe komt het dat deze thema’s vaak technocratisch en ambtelijk worden aangevlogen door onze bestuurders? Of is er een gebrek aan een gedeelde CDA-visie en ideeenarmoede op deze onderwerpen?

    2. De dominante positie van CDA-bestuurders in dagelijks besturen neemt af. Waar het CDA in de periode 2015-2019 nog in een enkel dagelijks bestuur ontbrak, is dat vanaf 2019 bij meer dan de helft van de waterschapsbesturen het geval. Vaak had dat te maken met een zetelverlies bij de verkiezingen. Zetels die vaak terechtkwamen bij waterschapspartijen als Water Natuurlijk en de Algemene Waterschapspartij. Er speelde ook een andere oorzaak: navraag bij andere partijen legde bloot dat het CDA bij een aantal waterschappen te veel de agrarische belangen diende. Voor een deel is dat – gezien de aard van een waterschapsgebied – te verklaren, voor een groter deel niet. En als de agrarische geborgde zetel al in het dagelijks bestuur zat (minimaal 1 geborgde fractie moet wettelijk gezien in het dagelijks bestuur), werd dat ‘teveel van het goede’.

    3. Vanuit de landelijke partijstructuren (landelijk bestuur, fractie, communicatie en campagne) was en is er weinig aandacht voor de waterschapsbesturen en het waterthema in zijn algemeenheid. Ik durf de stelling aan dat het gros van de waterschapsbestuurders niet bekend zijn in ‘Den Haag’, en dat een bredere visie op het Nederlandse waterbeheer ontbreekt.

    Deze noties rechtvaardigen de eerder gestelde vraag wat de meerwaarde is van CDA-deelname in waterschapsbesturen. Zijn we echt vanuit onze ziel bereid om de toekomst van het waterbeheer vorm te geven? Of geeft de partij liever prioriteit aan andere thema’s? Ik schat overigens in dat meer partijen last hebben van dit vraagstuk.

    De CDA-kernwaarde rentmeesterschap is een prachtige basis om een visie op de toekomst van het waterbeheer in Nederland vorm te geven. In die zin zijn we als partij op een kruispunt aangekomen: of we geven die toekomstvisie op het waterbeheer vorm, of we stoppen als partij met deelname aan de waterschapsverkiezingen.

    (deze bijdrage is ook gepubliceerd in het tijdschrift Bestuursforum).

  • Op donderdag 20 juni werd de Voorjaarsnota behandeld in de Apeldoornse gemeenteraad. In de Voorjaarsnota worden de kaders voor het opstellen van de jaarlijkse begroting geformuleerd. Ik sprak bij de algemene beschouwingen voor de Voorjaarsnota de volgende tekst uit: 

    Een voorjaarsnota met twee gezichten.

    En dat in onrustige tijden. We zien totaal verschillende verkiezingsuitslagen in een paar maanden tijd. De politieke arena lijkt meer en meer op een woordenstrijd tussen flanken op links en rechts. In alle heftigheid lijkt het gewone midden wel oorverdovend stil.  

    Er is in slechts enkele decennia veel veranderd. Want met de teloorgang van geloof en kerk als samenbinder gaan mensen op zoek naar nieuwe ankerpunten. Er ontstaan nieuwe, scherpere scheidslijnen. We zien die scheidslijnen op diverse terreinen terug: sociaal-economisch door grotere inkomensverschillen, botsing van ideeën over immigratie en duurzaamheid, onderwijsachterstanden, traditie vs. toekomstgeloof. 

    We zien als reactie veel overheden driftig op zoek gaan naar allerlei vormen van burgerparticipatie. Wat ons betreft begint het bij leiderschap. Het goede en integere voorbeeld geven, fatsoenlijk met elkaar omgaan, dichtbij mensen staan en strijden voor onze inwoners. Een politicus moet bezwaren en zorgen benoemen, maar bovenal ook hoop en perspectief bieden. 

    (meer…)
  • Lelystad Airport is door het ministerie van Infrastructuur en Milieu aangewezen als locatie om te groeien om zo Schiphol Airport te ontlasten. Onderdeel van deze ontwikkelingen is dat de vliegroutes van en naar Lelystad Airport moeten worden aangewezen. Vanaf juli 2017 heb ik stelling genomen tegen de effecten van deze vliegroutes voor de Apeldoornse bewoners en het bedrijfsleven. Ik sta voor de prachtige Veluwe, waar rust centraal staat.

    Wat ons betreft wordt eerst het luchtruim heringedeeld voordat vliegveld Lelystad geopend gaat worden. Naar verwachting kan dat in 2023 zijn. Daarnaast is het van belang dat bij de herindeling van het luchtruim de vliegroutes van en naar Lelystad veel hoger worden ingepland dan nu het geval is. Van geluidsoverlast mag geen sprake zijn.

    Hierbij een beeld van de acties die ik als woordvoerder van het CDA Apeldoorn heb gevoerd:

    6 juli 2017 – Spoeddebat effecten aanvliegroutes Lelystad voor omgeving Apeldoorn en vliegveld Teuge.

    Toen op De afgelopen weken is in het advies van het ministerie van I en M duidelijk geworden dat de vliegtuigen die de zuidwestelijke aanvliegroutes volgen, over oostelijk en westelijk Apeldoorn vliegen, waarbij de oostelijke route ook over luchthaven Teuge zal gaan. Dit heeft grote consequenties voor de gemeente Apeldoorn en het vliegveld Teuge.

    Het debat is hier terug te vinden.

    September 2017 – Behandeling motie in gemeenteraad Apeldoorn over overlast vliegroutes Lelystad

    De motie is hier terug te vinden.

    december 2017 – Gesprek met afvaardiging van de CDA-kamerfractie

    Samen met Veluwse actiegroepen en CDA-fractievoorzitters van de Veluwe heb ik een gesprek gevoerd met een afvaardiging van de CDA-kamerfractie. De centrale boodschap: erken het belang van de Veluwe. Daar horen deze laagvliegroutes niet bij. Eerst herindeling van het luchtruim, daarna opening van het vliegveld Lelystad.

    januari 2017 – oproep in de media aan de Tweede Kamer of te kiezen voor het belang van de Veluwe

     

     

    23 februari 2018 – Schriftelijke vragen over effecten vliegroutes omgeving Klarenbeek/Oost-Apeldoorn

    In de week van 18-23 februari hebben we het volgende bericht: deze week werd door de minister aangekondigd dat de eventuele opening van Airport Lelystad een jaar opschuift. De minister wil de procedure zorgvuldig doorlopen. Wat het CDA Apeldoorn betreft blijft de inzet: eerst herindelen, dan Airport Lelystad open. En met een goed inzicht in de gevolgen voor onze inwoners in Apeldoorn en op de Veluwe.

    Met de boodschap van de minister ging een rapportage mee, waarin inzicht is geboden in de vliegroutes en de aanpassingen daaraan. Het CDA Apeldoorn is benieuwd wat de effecten zijn en vraagt het college deze te onderzoeken en te delen met de samenleving. Specifiek vragen wij daarbij aandacht voor Klarenbeek. Uit het dorp bereiken ons signalen dat uit genoemde rapportage blijkt, dat met de aanpassingen de druk qua overlast op Klarenbeek wordt vergroot. Wat ons betreft een onwenselijke situatie!

    Het CDA Apeldoorn vraagt onder andere aan het college van b&w of het klopt dat als gevolg van de laatste aanpassingen de druk qua vliegbewegingen op Klarenbeek en de oostzijde van Apeldoorn wordt vergroot, en of het college deelt dat dit een zeer  onwenselijke situatie is.

    De schriftelijke vragen zijn hier te vinden. 

     

  • In 2015 heeft de meerderheid van de Apeldoornse gemeenteraad tegen de plannen voor een supermarkt op de ‘Westpointlocatie’ gestemd. Sinds dat moment onderzoekt de eigenaar van het gebouw welke mogelijkheden er zijn om het pand een bestemming te geven. Dat heeft geresulteerd in een, zoals het er nu uitziet, toekomstig verzoek tot wijziging van het bestemmingsplan om 98 huurappartementen van 40m2 mogelijk te maken.

    De omwonenden maken zich al jaren zorgen over de herbestemming van Westpoint. Het gebouw staat al geruime tijd leeg, de omgeving nodigt uit tot overlast en concrete plannen leidden niet tot een meerderheid bij de gemeenteraad.

    (meer…)

  • Eind 2015 heeft de Apeldoornse gemeenteraad na een zorgvuldig proces het college geadviseerd om het COA een asielzoekerscentrum te laten openen aan de Deventerstraat (de GGNet-locatie), en eventueel te zoeken naar een satellietlocatie, als er meer plekken nodig zijn. Hoewel de CDA-fractie destijds geen uitspraken heeft gedaan over aantallen asielzoekers op de beoogde locatie, is destijds afgesproken dat er gestart zou worden met 400 plaatsen, en na evaluatie met de omgeving een mogelijke doorgroei naar 600. 800 plaatsen zou pas aan de orde zijn na akkoord door de gemeenteraad.

    Gedurende de tussenliggende periode is veel contact geweest met allerlei partijen, leden van de klankbordgroep, wijkraden, actiecomité, buurtbewoners en andere betrokkenen. Ook in de gemeenteraad is er nadien diverse malen over gesproken.

    (meer…)